top of page

Arteria pulmonalis catheter – assisteren bij inbrengen

Doel

Het op éénduidige wijze uitvoering geven aan het assisteren bij het inbrengen van de arteria pulmonalis catheter.


Toepassingsgebied

Care-afdelingen binnen het Albert Schweitzer Ziekenhuis


Bevoegdheden

Arteria pulmonalis catheter- assisteren bij inbrengen

1

2

3

Opdracht verstrekken

x

Inbrengen van de catheter

x

Assisteren bij het inbrengen

x

x

Aansluiten

x

x

Verklaring bevoegdhedenmatrix:

1 = intensivist

2 = care-verpleegkundige

3 = care-verpleegkundige i.o./stagaire

De care-verpleegkundige i.o. of stagiaire mag deze handeling verrichten nadat aan de volgende 3 voorwaarden is voldaan:

- de theorie op school behaald is

- deze handeling middels een leerdoel in de praktijk behaald is

- de werkbegeleider is akkoord dat de leerling/ stagiaire deze handeling verricht.


Werkwijze


Indicaties:

- optimaliseren van de vulling om te komen tot een optimale flow

- haemodynamische drukbewaking

- haemodynamische berekeningen

- verkrijgen van een optimale diagnostiek


Contra-indicaties:

- recent ingebrachte permanente pacemakerdraad of I.C.D. wegens kans op dislocatie

- stollingsstoornissen

- vena jugularis :

- cervicaal trauma

- haematoom aan de niet aan te prikken zijde (relatief)

- arteria carotisobstructie

- vena subclavia :

- thoraxtrauma

- mogelijke contralaterale pneumothorax

- thoraxdeformatie (relatief)

- claviculafractuur

- bij enkelzijdige longafwijkingen niet aan de gezonde zijde prikken

- vena femoralis :

- broekprothese

- haematoom aan de niet aan te prikken zijde (relatief)


Referentie waarden:

- de normaalwaarde van de mean pressure voor het rechter atrium is 3 tot 6 mm Hg.

- de normaalwaarden van de druk in het rechterventrikel zijn:

- systole 17 tot 32 mm Hg

- diastole 1 tot 7 mm Hg

- de normaalwaarden van de arteria-pulmonalisdruk (PAP) zijn:

- systole 20 tot 30 mm

- diastole lager of gelijk aan 12 mm Hg

- de normaalwaarde voor de mean pressure van de wiggedruk (wedge) is 8 tot 12 mm Hg


Voorbereiding:

zet e.e.a. niet te lang van te voren geopend klaar

- verzamel de volgende benodigdheden:

■ 2 mondmaskers en 3 mutsen

■ schoon overschort

■ 2 paar steriele handschoenen

■ zet mondmasker en muts op, trek steriele handschoenen aan en maak werkblad met daarop steriel:

➣ hechtset

➣ arteria pulmonaliscatheter (deze pas openen als de introducer door de arts is ingebracht)

➣ introducerset

➣ gazen

➣ gatdoek

➣ microclaves

➣ transparante afdekpleisters, Tegaderm CHG (met gelkussentje en desinfectans)

➣ NaCl 0.9 % 100 ml

➣ 10 cc spuit 2 maal

➣ opzuignaald

➣ intramusculaire naald

➣ lidocaïne 1%

➣ hechtmateriaal

➣ monitorlijntje

e.e.a. zit ook in het steriele aanpriksetje

■ desinfectans : Chloorhexidine 0,5% in alcohol 70% Magenta (rood)

■ celstofmatje

■ surgical clipper

■ handdoek

■ nagelborsteltje

■ steriel jaspakket

■ opgebouwd drukmeetsysteem

■ kabels + modules voor drukmeting + waterpas

■ groot afdeklaken


- positioneer de patiënt in rugligging en geef de patiënt een muts op

- leg, in overleg met arts, bij inbrengen van catheter in vena subclavia een opgerolde handdoek in de lengte tussen de schouderbladen

- plaats patiënt bij aanprikken vena subclavia of vena jugularis in Trendelenburg

- leg onder de insteekplaats een celstof matje

- scheer (zonodig) met 3M surgical clipper en desinfecteer de huid van de insteekplaats

- draai zonodig het hoofd van de patiënt weg van de aan te prikken zijde

- arts kleedt zich steriel aan en geeft telefoon af

- verpleegkundige trekt schoon overschort aan

- tijdens inbrengen van de catheter mogen i.p. geen andere activiteiten rond het bed gedaan worden

- tijdens inbrengen van de catheter moet de assisterende verpleegkundige ook een muts op en masker voor


Uitvoering:

- arts dekt rondom insteekplaats steriel af en desïnfecteert nogmaals de huid

- arts voorziet de catheter van een microclave, flusht de introducer en alle lumina van de catheter en controleert de ballon

- arts verdooft en brengt introducer in (pas prikken als desïnfectans is verdampt)

- bij meerdere keren aanprikken een nieuwe naald gebruiken, dan ook de huid opnieuw desinfecteren

- arts hecht de introducer vast

- plaats indien nodig het bed weer in normale positie

- arts voorziet de catheter van sleeve en brengt deze in

- verpleegkundige sluit distale lumen aan op het drukmeetsysteem

- arts brengt arteria pulmonalis catheter in via introducer tot rechter atriumcurve zichtbaar is (figuur 1)

- arts blaast ballon op en voert catheter op via rechterventrikel (figuur 2) en arteria pulmonalis (figuur 3) tot wiggedrukcurve (figuur 4) verschijnt

- arts laat ballon leeglopen

- verpleegkundige let tijdens het opvoeren op hartritmestoornissen, ademhaling en saturatie

- arts bevestigt sleeve aan introducer

- arts desïnfecteert opnieuw en plakt insteekopening af met een steriele transparante afdekpleister, zodat de insteekopening zichtbaar blijft


Nazorg:

- ijk de catheter:

- ijk de catheter met waterpas op transducer met de hoek van de ijk-stok

- rechte kant van de ijkstok op de borst van de patient op harthoogte (2e intercostale ruimte of rechter atrium)

- bevestig de dome in de dome-houder bij het bed.

- laat X-thorax maken en beoordelen door arts

- wanneer arteria pulmonalis catheter juist is gepositioneerd, alle lumina voorzien van perfusie

- stel PA-alarmen in

- fixeer de catheter


Rapportage

Werk de relevante gegevens bij in het PDMS of HIX


Complicaties

- hartritmestoornissen

- perforatie arteria pulmonalis

- tamponade

- cathetercontaminatie

- cathetertrombose en embolie

- endocarditis

- knoop in arteria pulmonaliscatheter

- infarcering longen

- klepbeschadigingen

- luchtembolie

- pneumothorax, haematothorax

- perforatie van het hart

Bij het optreden van complicaties: altijd direct een arts waarschuwen


Begrippen

RA = rechteratrium

RV = rechterventrikel

PA = pulmonaalarterie

PCWP = pulmonale capillaire wedge pressure = wiggedruk

PAP = arteria pulmonalisdruk


Bijzonderheden

- geef GEEN medicatie via de distale lijn

- geef GEEN inotropica of kalium via een lijn die geflushed wordt of kan worden

- ballon alleen opblazen bij wiggedrukmeting

- catheter niet terug trekken als ballon is opgeblazen

- verschoon pleisters insteekopening bij optische verontreiniging of loslaten van de pleister

- verschoon lijnen iedere 4 dagen en noteer relevante gegevens in het PDMS of HIX

- de sleeve om de arteria pulmonalis catheter maakt het mogelijk voor de arts, om de catheter steriel te repositioneren

- neem in verband met contaminatie zo min mogelijk bloed af uit de pulmonaliscatheter

- sluit elk lumen af met een microclave, sluit daar de infuuslijnen op aan

- in het kader van ‘survival sepsis campagne – preventie lijninfecties’ moet elke dag de insteekopening worden bekeken op tekenen van infectie en worden overwogen of de lijn verwijderd kan worden en of deze nog nodig is, dit is ook een reden om de lijn te verwijderen.


Literatuur

Brink, G.T.W.J. van den e.a.: leerboek intensive-care-verpleegkunde, deel 1, Elsevier/ de Tijdstroom, Maarssen, Vierde druk vierde oplage 2011



Gerelateerde posts

Alles weergeven

Comments


bottom of page