top of page

Centraal veneuze catheter (CVC): bloedafname microclave/bionecteur



Bevoegdheden

Deze handeling is een voorbehouden handeling in het kader van de wet BIG.


Doel

Het op eenduidige wijze verkrijgen van bloed voor laboratoriumonderzoek via een microclave/bionecteur ter voorkoming van infecties van de centraal veneuze catheter.


Begrippen en materialen











Naaldloos syteem (op bovenstaande foto worden diverse voorbeelden getoond): Afsluitventiel dat rechtstreeks op een infuuslijn of katheter kan worden geplaatst. Er kan een male-luerlock - aansluitstuk of een injectiespuit zonder naald op worden aangesloten. Het voorkomt een open verbinding met de buitenlucht wanneer het infuussysteem niet is aangesloten en vermindert daarmee de kans op infecties en luchtembolieën. De microclaves/bionecteurs kunnen worden bevestigd op perifere infusen, kraanblokken, centraal veneuze katheters, niet op Swan Ganz katheters en arterielijnen. Het dopje hoeft niet te worden verwijderd om de katheter of canule te kunnen gebruiken










Adapter (zie foto boven): De aansluitzijde op de microclave/bionecteur is naaldloos, de afname – zijde voor de aansluiting op de buizen bevat een beschermde naald. Deze afname – zijde wordt op een vacutainer geplaats (zie beschrijving onder) ter beveiliging van de bloedafname in de buizen.












Vacutainer: Plastic huls waar de adapter in geklikt of gedraaid wordt om bloed af te nemen


Werkwijze bloedafname microclave/bionecteur


Indicatie:

- Bloedafname voor laboratoriumonderzoek


Contra-indicatie:

- De afname van de volgende bloedbepalingen mag niet via een CVC of Hickman – catheter worden gedaan:

● APTT

● PTT

● Fibrinogeen

● Factor VIII

● Kalium als er gelijktijdig kalium via de CVC wordt toegediend

● Glucose wanneer TPV wordt toegediend


Voorbereiding:

- Vraag naar naam en geboortedatum van de patiënt. Indien de patiënt niet aanspreekbaar is, controleer de naam en geboortedatum op het polsbandje

- Informeer de patiënt en vraag toestemming voor de te verrichten handeling

- Benodigde materialen klaarzetten:

● 1 paar onsteriele handschoenen

● 2 onsteriele bekkentjes

● 3 onsteriele gazen 10 bij 10 cm

● 2 x 10 ml spuiten en rode opzuignaalden

● 1 ampul van 10 ml NaCl 0,9 %/ 1 ampul heparine 1000 eh per 10 ml

● vacutainerhouder met adapter

● Buizen voor bloedafnames

● 2 rode bloedbuizen: loze buizen (6 ml)

● 1 fles desinfectans, alcohol 70%

● 1 fles handalcohol

● de benodigde bloedbuizen


Uitvoering:

- Desinfecteer je handen

- Vraag of help de patiënt een halfzittende houding aan te nemen. Wanneer bloed wordt afgenomen uit een CVC geplaatst in de vena femoralis vraag dan de patiënt om plat te gaan liggen

- Vraag of help de patiënt zijn/haar arm aan de kant van de centraal veneuze katheter naast het lichaam te plaatsen, indien de CVC geplaatst is in de vena subclavia, vena jugularis of vena brachialis

- Trek onsteriele handschoenen aan

- Draai een adapter op de vacutainer

- Pak met de ene hand de microclave/bionecteur aan de zijkant vast

- Desinfecteer de microclave/bionecteur met het gaas, beginnend bij het rubbertje. (Let op: onderstaande demonstratie – foto’s zijn zonder onsteriele handschoenen genomen ! Dit is niet volgens het protocol)











- Wacht 30 seconden tot de desinfectans droog is

- Draai met de andere hand de vacutainer met de connector in het rubbertje van de microclave/bionecteur

- Plaats twee maal een rode bloedbuis in de vacutainer en laat deze vollopen en gooi deze weg

- Neem de overige buizen af

- Bij het afnemen van een bloedkweek mag verdund bloed gebruikt worden 5 ml per flesje

- Draai de vacutainer huls met de adapter uit de microclave/bionecteur

- Desinfecteer opnieuw de microclave/bionecteur

- Wacht 30 seconden tot de desinfectans opgedroogd is

- Draai een 10 ml spuit met 5 ml heparineoplossing (100e/ml) op de microclave en spuit de oplossing vloeiend in het lumen. Indien er meerdere keren per dag bloed afgenomen wordt spuit je alleen de eerste keer dat je bloed afneemt door met heparine, daarna moet dit met 10 ml NaCl 0,9%.

Nota bene: Op de afdeling Intensive Care wordt geen heparine – flush gebruikt.

- Draai de spuit uit de microclave/bionecteur

- Trek de onsteriele handschoenen uit

- Desinfecteer de handen


Complicaties bij het afnemen van bloed via een microclave/bionecteur

- Er komt geen bloed uit de centrale lijn.


Tips:


1. Controleer of het klemmetje van het lumen open is.

2. Controleer of er een stolsel in de microclave/bionecteur of adapter zit. Zo ja, wissel de microclave/bionecteur (zie protocol “CVC – microclave/bionecteur verwisselen”) of wissel de adapter.

3. Vraag de patiënt van houding te veranderen of te bewegen (bijv. de arm aan de zijde waar de catheter is geplaatst) of te hoesten.

4. Indien het lumen alsnog geen bloed geeft kun je het lumen van de microclave/bionecteur desinfecteren en doorspuiten met Nacl 0,9 %. Nota bene: Gebruik nooit 1 of 2 ml spuiten om de centrale lijn te flushen; met deze spuiten wordt een te grote druk opgebouwd waardoor het lumen kan scheuren

Doorspuiten mag alleen, indien er geen weerstand voelbaar is! Anders is er een grote kans op het spuiten van een embolie. Bij negatief resultaat de arts waarschuwen en het laboratorium bellen om bloed te laten prikken.


- Contaminatie van de catheter t.g.v. onjuiste verzorging. Tip: protocollaire verzorging

- Luchtembolie met hemodynamische instabiliteit. Tip: Bij hemodynamische instabiliteit altijd direct arts waarschuwen. Voorkom een luchtembolie bij de verwisseling van het infuusysteem door microclaves te gebruiken en de klemmen op de diverse catheter – lumina voor afkoppeling dicht te zetten.


Rapportage:

- Rapporteer in het verpleegkundig dossier de bloedafname, de eventuele bijzonderheden tijdens de bloedafname of werk de relevante gegevens bij op de daglijst of in het PDMS


Aandachtspunten

- Neem nooit bloed af uit een lijn waar inotropica over worden toegediend (bijv. Dopamine, dobutamine, noradrenaline etc.).

- Gemengd veneuze bloedgassen worden afgenomen uit de distale lijn van de arteria pulmonaliscatheter en uit het bruine, distale lumen van een centraal veneuze catheter.

- Per patiënt mag gedurende de gehele opname dezelfde vacutainer gebruikt worden, mits deze zichtbaar schoon is

- De buizen dienen bij voorkeur in de volgende volgorde worden afgenomen:

- ◆ Na-citraat (blauwe dop)

- ◆ Li-heparine (groene dop)

- ◆ K2/K3 EDTA (lila dop)

- ◆ NaF (grijze dop)

- ◆ Bezinking (glazen buis zonder etiket met grijze dop)

- ◆ Stolbuis (gele dop)

- ◆ Astrup

- Voor alle bepalingen geldt dat de lijn eerst goed 'doorgespoeld' moet zijn met bloed, omdat je anders een verdunningseffect krijgt en dan alle lab-waarden onbetrouwbaar zijn. Indien bloedafname middels vacutainer niet lukt, dan bloed opzuigen met een 10 cc spuit. De eerste 10 cc moeten dan weggedaan worden alvorens bloed op te zuigen en in de laboratoriumbuizen te spuiten.


Bijbehorende documenten

- Centraal veneuze catheter-assisteren bij inbrengen

- Centraal veneuze catheter, verwijderen van

- Centraal veneuze catheter of Hickman verzorgen

- Centraal veneuze catheter (CVC)- microclave verwisselen

- Infusietechniek- inbrengen, verzorgen, verwisselen en pompengebruik

- Totale Parenterale Voeding- toediening


Literatuur

- Bouwma, M.e.a., Bouwstenen van de gezondheidszorg; vaardigheden specifieke verpleegkundige; deel 1 voorbehouden handelingen, Boon stafleu/van Loghum, Houten, 1988

- Weert, R. de, Basisboek operatieve zorg en technieken, Elsevier/De Tijdstroom, Maarssen, 1999.

- Peet R van der, Verplegen theorie en praktijk, De Tijdstroom, Utrecht, 1996.

- Brink, G.T.W.J. van den e.a.: leerboek intensive-care-verpleegkunde, deel 1, Elsevier/de Tijdstroom, Maarssen, vierde druk 2003


Auteurs

Anja Smink

Evaluatoren: Joris Arends, Marleen van Breugel en Cindy van Pelt


Trefwoorden

Centraal Veneuze Catheter, Centrale Veneuze Catheter, Centraal Veneuze Katheter, Centrale Veneuze Katheter, CVC, CVK, Hickman – catheter, Hickmancatheter, Hickmancatheter, Hickmankatheter, Hickman, ongetunnelde catheter, ongetunnelde katheter, getunnelde catheter, getunnelde katheter, Centrale Lijn, microclave, microklave, bionecteur, bloedafname



Bijlage 1: Verzorgingslijst CVC

Verzorgingslijst CVC





Inbrengdatum CVC: …… - .….. - 20…..



Infuus/heparinesloten

Datum:

Wit lumen

Bruin lumen

Blauw lumen

Wisselen/verzorgen

Datum:

Pleister

↑↓

Heparinesloten ↑↓

Infuussysteem

↑↓

Microclave

↑↓

Insteekopening

beschrijven

Wisselen pleister bij loslaten of vocht/bloed eronder (chg pleister moet iedere vier dagen vervangen worden

Wisselen heparinesloten op gewone verpleegafdelingen 1 keer per dag

Wisselen infuussysteem iedere 4 dagen, bij TPV of Hickman catheter iedere 24 uur

Wisselen microclave iedere 4 dagen


Bijlage 2 : Stappenplan bloedafname ongetunnelde CVC

Omschrijving bloedafname via vacutainer

1

Doe het klemmetje dicht

2

Desinfecteer de microclave met alcohol 70%

3

Laat dit 30 sec drogen

4

Sluit vacutainer aan op de microclave

5

Doe het klemmetje open

6

Neem het benodigde bloed af

7

Verwijder vacutainer

8

Flush de lijn met heparine of NaCl 0,9% (heparine bij eerste bloedafname, NaCl indien er die dag al met heparine flush is gegeven

9

Doe het klemmetje dicht

totaal


datum

Naam kandidaat

handtekening

Naam docent

handtekening

score

​Voldaan

​Niet voldaan

opmerking



Gerelateerde posts

Alles weergeven

コメント


bottom of page