1. Doel
Het op éénduidige wijze uitvoering geven aan de verpleegkundige mondelinge overdrachten zodat een optimale continuïteit van zorg bereikt wordt.
2. Toepassing Care afdelingen binnen het Albert Schweitzer ziekenhuis
3. Bevoegdheden
De Care-verpleegkundige is bevoegd tot het mondeling overdragen van patiënten.
De Care-verpleegkundige i.o. of stagiaire mag de patiënt mondeling overdragen nadat aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:
- De theorie op school behaald is.
- Deze handeling middels een leerdoel in de praktijk behaald is.
- De werkbegeleider is akkoord dat de leerling/ stagiaire de door hem verzorgde patiënt mondeling overdraagt.
4. Werkwijze:
Indicaties
Patiënten opgenomen op de intensive care en/of overgeplaatst worden naar een andere afdeling in het ziekenhuis of buiten het ziekenhuis.
Voorbereiding
Het aanvullen van gegevens in het patiëntendossier en het schrijven van een schriftelijke overdracht.
Uitvoering
Mondelinge overdracht als aanvulling op de schriftelijke overdracht. De mondelingen overdracht wordt uitgevoerd volgens de SBARR-methodiek.
Situation
● Patiëntnaam en geboortedatum
● Opnamereden, tijdsduur opname en ziekteverloop
● Reanimatiebesluit
Background
● (relevante) voorgeschiedenis
● (relevante) thuismedicatie
Assesment
● Heamodynamiek
○ Benoem de belangrijke circulatoire parameters zoals: hartslag, laatst gemeten bloeddruk en lichaamstemperatuur
○ Eventueel aanvullende parameters op indicatie, denk daarbij aan hartritme, perifere temperatuur en/of vochtbalans
● Respiratie
○ Benoem de belangrijke respiratoire parameters zoals: beademingsvorm en /of instellingen, ademhalingsfrequentie en saturatie.
○ Eventueel aanvullende parameters op indicatie, denk daarbij aan ademarbeid en/of sputum productie.
● Tractus digestivus
○ Benoem de voeding die de patiënt krijgt/zelfstandig neemt, de stoelgang en de laatste bloedsuiker.
● Centraal zenuwstelsel
○ Benoem het bewustzijnsniveau van de patiënt aan de hand van de EMV, AVPU of de RASS-score
● Overig
○ Benoem afwijkende labarotorium uitslagen
○ Benoem eventuele huidafwijkingen zoals wonden en/of decubitus
○ Benoem eventueel de sociale situatie van de patiënt
○ Vochtbalans
○ CVVH
○ Wonden
Recommendation
● Benoem de belangrijkste aandachtspunten bij deze patiënt.
● Actuele medicatie die intraveneus wordt gegeven, wordt door beide verpleegkundigen gecontroleerd. Daarbij wordt de houdbaarheid, dosering en pompstand gecontroleerd m.b.v. PDMS. Let op een aantal klaargemaakte infuusspuiten hebben soortgelijke etiketten. Controleer ook altijd welke medicatie bij elkaar loopt en waar een bijspuit punt is in geval van nood. (zie ook protocol high risk medicatie toedieningen care afdelingen)
De verpleegkundige die de patiënt na de overdracht gaat verzorgen is verantwoordelijk voor de patiënt
Literatuur:
- Van de Brink G.T.W.J. e.a. Leerboek intensive-care verpleegkunde deel 1 en 2, Elsevier/ De Tijdstroom, Maarssen vierde druk 2003
- Bakker M. ProActive Nursing: klinische problematiek inzichztelijk, Boom uitgevers, Amsterdam, tweede druk 2017
Comments