top of page

Patiëntenvoorlichting en het verstrekken van informatie op de Care afdelingen

Doel

Het op eenduidige wijze uitvoering geven aan patiëntenvoorlichting en het verstrekken van informatie tijdens opname op de care afdeling, waarbij structureel aandacht wordt gegeven aan:

- het informeren over de algemene gang van zaken op de care afdeling

- het informeren over onderzoeken, uitslagen van onderzoeken, diagnose en prognose

- voorlichting geven over de ziekte, behandeling, keuzes, risico’s en complicaties

- het uitreiken van foldermateriaal

- het documenteren van gegeven voorlichting

- het bijwonen en de verslaglegging van (slechtnieuws) gesprekken tussen arts en de patiënt en/of zijn familie/naasten

- het verstrekken van informatie aan derden


Toepassing

Care afdelingen binnen het Albert Schweitzer ziekenhuis


Algemeen

Primair is de patiënt de doelgroep (degene aan wie de informatie en voorlichting gegeven wordt).

De rechten en plichten van de patiënt en hulpverlener staan beschreven in de WGBO.

De patiënt heeft recht op duidelijke en begrijpelijke informatie en begeleiding.

De patiënt heeft het recht te kiezen voor een bepaalde behandeling en deze keuze weloverwogen te kunnen maken (informed consent).

De patiënt heeft het recht een behandeling te weigeren.

Gezien de ernst van de aandoeningen van de patiënten op deze afdelingen wordt ook veel informatie en geestelijke ondersteuning gegeven aan de familie/naasten.

De voorlichting aan de patiënt (en familie) van zowel de arts als de verpleegkundige, moet in voor de patiënt (en familie) begrijpelijke taal gegeven worden en er moet steeds nagevraagd worden of de gegeven voorlichting/informatie begrepen is.

Op de care afdeling wordt naar een open cultuur gestreefd, waarbij de drempel voor patiënt en diens familie/naasten tot het stellen van vragen laag is. De patiënt wordt tijdens artsenvisites gestimuleerd om vragen te stellen. Met betrekking tot familie/naasten is het beleid dat de verpleegkundige tijdens de bezoekuren zelf het initiatief neemt om de familie/naasten te informeren over de toestand van de patiënt, eventuele veranderingen in de behandeling en na gaat bij de familie/naasten en of er nog vragen zijn.

Gedurende de opname op de IC is de intensivist de hoofdbehandelaar van de patiënt. De patiënt en/of familie wordt hiervan op de hoogte gebracht.

Op de CCU neemt de dienstdoende cardioloog tijdens de opname op de CCU de behandeling van de “eigen” cardioloog van de patiënt over. De patiënt en/of familie wordt hiervan op de hoogte gebracht.

Gegevens van de patiënt worden onherkenbaar ingevoerd in een landelijke data base (NICE) vanwege kwaliteitscontrole met als doel te verbeteren. De gegevens van de patiënt worden regelmatig (anoniem) geanalyseerd op zoek naar verbetering van zorg.


Verantwoordelijkheden en bevoegdheden


De arts is verantwoordelijk voor:

- het duidelijk maken, dat gedurende de opname op de IC de intensivist de behandeling overneemt.

- het duidelijk maken, dat gedurende de opname op de CCU de afdelingscardioloog de behandeling overneemt.

- het vragen van toestemming voor onderzoeken en deelname aan wetenschappelijk onderzoek (trials). Eventueel wordt dit schriftelijk vastgelegd op een toestemmingsformulier.

- het geven van uitleg over de reden van onderzoeken, hoe het onderzoek verloopt en de eventuele risico’s ervan.

- het informeren van de patiënt over de uitslagen van onderzoeken, de diagnose en de prognose.

- het voorstellen van en uitleg geven over de behandeling, eventuele alternatieven, voor- en nadelen, risico’s en complicaties.

- het geven van uitleg over de voorgeschreven medicijnen en de eventuele bijwerkingen.

- het voeren van gesprekken over het ziekteverloop, overplaatsing en slechtnieuws gesprekken met de patiënt en/of diens familie/naasten.

- het documenteren van de voorlichting in PDMS of in HIX.

- het zo nodig verstrekken van folders ter ondersteuning van de gegeven mondeling voorlichting.


De verpleegkundige is verantwoordelijk voor:

- het geven van informatie over de dagelijkse gang van zaken op de afdeling, zoals;

bezoek-, slaap-, etens-, en medicijn tijden, visitetijden van de artsen, gebruik van bel, radio en TV, uitleg over controles (bloeddruk, hartfrequentie, urineproductie etc.).

- het geven van uitleg over de gebruikte apparatuur rondom het bed.

- het verstrekken van de afdelings- en/of bezoekersfolder en de folder “Welkom in het ziekenhuis”.

- het geven van aanvullende informatie over ziekte, onderzoeken, medicijnen en behandeling.

- het verstrekken van specifieke informatiefolders ter ondersteuning van de gegeven mondelinge voorlichting.

- het verstrekken en uitleg geven over het IC-dagboekje bij een beademde patiënt.

- het noteren welke voorlichtingsfolders zijn gegeven in PDMS

- het bijwonen van (belangrijke) gesprekken.

- het documenteren van gegeven voorlichting en slechtnieuws gesprekken op het hiervoor bestemde voorlichtingsformulier. Dit formulier is geïntegreerd in PDMS

- het peilen of een gesprek met een arts gewenst is en het plannen van een afspraak voor een gesprek.

- het informeren over overplaatsing naar een andere afdeling.


De verpleegkundige functioneert als “intermediair” tussen de patiënt, de arts en andere disciplines.


Werkwijze


Voorlichting aan de patiënt:

- Elke patiënt krijgt als zijn/haar toestand dit toelaat, de eerder genoemde informatie (zie

“verantwoordelijkheden en bevoegdheden”)

- Gedurende het verblijf op de IC neemt de intensivist de behandeling over van de specialist waarbij de patiënt onder behandeling was. Gedurende het verblijf op de CCU neemt de afdelingscardioloog de behandeling over van de cardioloog waarbij de patiënt onder behandeling was. Hiervan wordt de patiënt op de hoogte gebracht.


Informatie aan familie/naasten:

- Bij opname wordt gevraagd of één persoon als contactpersoon wil optreden. Verder worden twee telefoonnummers gevraagd waar de familie te bereiken is. In principe loopt alle informatie aan familie/naasten over de toestand van de patiënt via de contactpersoon, mits de patiënt het hier mee eens is.

- De behandelend arts of arts-assistent en de verpleegkundige informeert de contactpersoon/familie/naasten zoals benoemd onder het kopje “verantwoordelijkheden en bevoegdheden”

- Aan anderen dan de contactpersonen wordt geen of alleen in overleg met patiënt, contactpersoon of wettelijk vertegenwoordiger informatie verstrekt. Informatie aan politie en pers in bijzondere omstandigheden

- Informatie aan politie mag alleen gegeven worden na toestemming van de patiënt en moet via een speciaal formulier door de politie schriftelijk worden aangevraagd. Alleen de behandelend arts of de GGD arts mag informatie geven aan de politie. Algemene regels hiervoor zijn opgesteld in een samenwerkingsovereenkomst Politie, GGD, Asz en Rivas. Een korte samenvatting hiervan staat in de brochure “patiënt en politie in ziekenhuis en verpleeghuis”, te vinden bij de folders diversen.

- Aan de pers wordt geen informatie gegeven. Dit loopt uitsluitend via Afdeling Communicatie en Voorlichting.


Slechtnieuws gesprek:

Als door de arts een slechtnieuws gesprek met patiënt en/of familie wordt gevoerd is bij voorkeur de verpleegkundige hierbij aanwezig. Voorwaarde is dat de patiënt, familie/naasten geen bezwaar hebben tegen de aanwezigheid van de verpleegkundige bij het gesprek.


Folders:

Ter ondersteuning van mondelinge informatie worden folders uitgereikt en er het is goed om de familie te attenderen op de ASz IC app waar alle folders ook in staan en andere info omtrent de IC.


- De patiënt ontvangt bij opname de folder ‘welkom in ons ziekenhuis’ en de afdelingsfolder van een van de Care afdelingen. Deze worden uitgereikt door de verpleegkundige.

- Familie/naasten ontvangen de bezoekersfolder.

- Familie ontvangt het IC-dagboekje als de patiënt beademd wordt.

- Er wordt op de IC een poster opgehangen met persoonlijke informatie van de patient.

- Specifieke, individuele folders, zoals folders van de Nederlandse Hartstichting en huisfolders over onderzoeken of specifieke behandelingen zoals beademing en CVVH, worden alleen met uitleg door de arts of verantwoordelijke verpleegkundige uitgereikt aan de patiënt of familie/naasten.

Rapportage en documentatie

De verstrekte informatie wordt in het PDMS bij verpleegkundige rapportage en verslaglegging gesprekken genoteerd.

Hierop wordt vermeld:

- welke informatiefolders zijn verstrekt

- welke voorlichting gegeven is

- verslagen van (slechtnieuws)gesprekken met de patiënt en/of diens familie/naasten


Op het sjabloonvel wordt de datum van het laatste gesprek met de familie vermeld en eventueel de datum van het volgende gesprek.

De arts vermeldt de gegeven informatie en de strekking van slechtnieuws gesprekken het in PDMS bij verslaglegging gesprekken.


Bij overplaatsing moet duidelijk zijn welke informatie de patiënt en/of diens familie heeft gekregen.


Begrippen

WGBO: Wet Geneeskundige Behandel Overeenkomst

PDMS: Patiënt Data Management Systeem


Bijbehorende documenten

- Patiëntendossier waarin voorlichtingsformulier of PDMS

- Toestemmingsformulier bij trials

- Folder “patiënt en politie in ziekenhuis en verpleeghuis”


Literatuur

- wet BIG

- wet WGBO



Gerelateerde posts

Alles weergeven

Comments


bottom of page