top of page

Tracheotomie – assisteren bij inbrengen

Doel

Het op eenduidige wijze uitvoering geven aan het assisteren bij het inbrengen van een tracheostoma.


Toepassing

ICU/CCU binnen het Albert Schweitzer ziekenhuis.


Bevoegdheden

1

2

3

opdracht arts

X

​voorbereidende handelingen

X

X

assisterende handelingen

X

X

nazorg handelingen

X

X

Verklaring bevoegdhedenmatrix:

1 = intensivist

2 = Care-verpleegkundige

3 = Care-verpleegkundige i.o. / stagiaire

De Care-verpleegkundige i.o. of stagiaire mag deze handeling verrichten nadat aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:

- de theorie op school behaald is

- deze handeling middels een leerdoel in de praktijk behaald is

- de werkbegeleider is accoord dat de leerling / stagiaire deze handeling verricht.


Verschillende soorten:

- chrirugische tracheotomie

- percutane tracheotomie


Werkwijze


* Indicaties

- langdurige beademing waarvoor een tracheostoma geïndiceerd is

- patiënt met beschadiging van het slijmvlies van de mond, tong of lippen door onder meer decubitus of infectie

- vrije toegangsweg verschaffen voor de ademhaling

- voorkomen van obstructie van de luchtweg

- verwijderen van secreet uit de bovenste luchtwegen

- vereenvoudigen van de mondverzorging

- mogelijk maken van spreken bij langdurig beademde patiënt


* Contra-indicaties

- ernstige stollingsstoornissen

- anatomische varianten als een opvallend korte nek, struma, voorliggende bloedvaten

- instabiele cervicale wervelfractuur

- wonden of infecties rond de hals

- een eerder zeer lastige oropharyngeale intubatie (is een relatieve contra-indicatie)


* Voorbereiding percutane tracheotomie:

- patiënt is zo mogelijk nuchter

- bij sondevoeding deze stoppen, maaginhoud optrekken en afhangende maagsonde aanhangen

- geef de patiënt indien mogelijk de gelegenheid om nog met partner en/of familie te praten. N.B. staak insuline ook.

Verzamel de volgende benodigdheden:

- Tracoe-inbrengset, canule is daarin bijgevoegd (bijna altijd standaard maat 8, alleen bij ‘kleine dame’ maat 7).

- Blue Rhino inbrengset alleen in overleg met de arts die de canule gaat inbrengen (in principe niet nodig, arts kan het prettig vinden om erbij te hebben).

- de bronchoscoop wordt klaargelegd door de intensivist

- steriel gatdoek

- afdek laken

- steriele jas

- huiddesinfectans

- steriele handschoenen

- celstofmatje

- lokaal anaestheticum; Lidocaïne 2% met Adrenaline 1 : 200.000

- 1 ampul Etomidate, 1 ampul Rocuronium (esmeron) in overleg met de intensivst betreft dosering.

- Propofol om indien er verslapt wordt met Esmeron de patiënt 1 uurtje diep gesedeerd dient te worden

- gekromde kocher, anatomisch (kocher met gekromde pootjes)

- zakje steriel NaCl 0.9% van 100 ml

- steriele gazen 10 x 10 cm

- opzuignaald, groene naald en 10 cc spuit

- tracheostomabandje

- Metalline 6x7 kompres

- 2x 10 cc spuitje (voor cuff tube en voor cuff trach)

- stethoscoop

- uitzuigbenodigheden controleren

- gesloten zuigsysteem voor tracheostoma.

 Bij trachmaat 7, uitzuigsysteem ch 12

 Bij trachmaat 8, uitzuigsysteem ch 14

- controleer beademingsmachine of zet deze klaar

- watersset met end tidal CO2 meter en swiffel mét uitzuigpoort (normale swiffel op watersset zit géén uitzuigpoort op).

- end tidal CO2 meter

- intubatie bak

- lanrynchoscoop met blad 3 en 4

- schaar

- spuit noradrenaline met perfusorlijntje

- swiffel met ‘gaatje’


* Uitvoering percutante tracheotomie:

- patiënt wordt beademd met 100% zuurstof

- leg celstofmatje en zonodig een handdoekrolletje onder de nek

- positioneer patiënt in rugligging met iets overstrekte hals of in overleg met arts

- desinfecteer de huid

- arts geeft lokaal anaestheticum, assisteer de uitvoerend intensivist

- controleer tijdens de inbrengprocedure bloeddruk, hartritme, ademhaling en SaO2

- na inbrengen van de canule de trachea éénmalig uitzuigen

- beademingsmachine aansluiten

- arts controleert ademgeruis

- canule wordt gefixeerd met bandje (2 vingers ruimte tussen canule fixatiebandje en huid)

- breng Metalline 6x7 kompres aan rond canule


* Nazorg percutane tracheotomie:

- help de patiënt in de gewenste houding

- X-thorax laten maken om de ligging van de canule en eventuele complicaties te beoordelen

- FiO2 instellen op oorspronkelijke stand

- Vervang het gewone gesloten zuigsysteem voor systeem voor tracheostoma

- hervat sondevoeding

- pijnbestrijding eerste 24 uur

- wees de eerste 24 uur voorzichtig met wisselligging en terughoudend met mobiliseren. Overleg zonodig met de arts.

- controleer op nabloeding

- rapporteer de relevante gegevens in het PDMS


- Tijdens elke dienst cuffdruk meten. (wanneer er lekkage van de cuff is ondanks voldoende cuffdruk, moet een verlengde canule overwogen worden).


* Voorbereiding chirurgische tracheotomie:

- patiënt is zo mogelijk nuchter

- bij sondevoeding deze stoppen, maaginhoud optrekken en afhangende maagsonde aanhangen

- geef de patiënt indien mogelijk de gelegenheid om nog met partner en/of familie te praten

- overleg met de OK over de tijd en licht de familie hierover in

- de patient transport klaar maken zie hiervoor protocol transport IC patient


* Uitvoering chirurgische tracheotomie:

- patiënt wordt overgedragen aan de anethesist

- de anesthesist en anesthesie-verpleegkundige nemen de patient mee.


* Nazorg chirurgische tracheotomie:

- help de patiënt in de gewenste houding

- X-thorax laten maken om de ligging van de canule en eventuele complicaties te beoordelen

- Beademing instellen volgens afspraak arts

- Vervang het gewone gesloten zuigsysteem voor systeem voor tracheostoma

- hervat sondevoeding

- pijnbestrijding eerste 24 uur

- De eerste 24 uur wordt de patient niet gedraaid

- controleer op nabloeding

- rapporteer de relevante gegevens in het PDMS


Complicaties

- nabloeding

- perforatie van achterwand trachea naar de oesofagus toe

- pneumothorax (zeldzaam)


Literatuur

- oorspronkelijke protocollen van het voormalige Drechtsteden - en Merwede ziekenhuis

- Bouwma, M. e.a., Bouwstenen van gezondheidszorg; vaardigheden specifiek verpleegkundige; deel 1 voorbehouden handelingen, Boonstafleu / Van Loghum, Houten, 1998

- Gordon, M., Verpleegkundige diagnostiek; proces en toepassing, Elsevier/ De Tijdstroom, Maarssen, 1998

- Abrahamse ,C.A. e.a., Verpleegtechnische handelingen 1; deelkwalificatie 402, Nijgh Versluys, Baarn, 2002

- Abrahamse ,C.A. e.a., Plannen van verpleegkundige zorg, Nijgh Versluys, Baarn, 1997

- Weert ,R. de, Basisboek operatieve zorg en technieken, Elsevier/ De Tijdstroom, Maarssen, 1999

- Peet ,R. van der, Verplegen theorie en praktijk, De Tijdstroom, Utrecht, 1996

Gerelateerde posts

Alles weergeven

Comments


bottom of page